Er gebeurt veel in het onderwijs op het gebied van BIM. Studenten en docenten zijn zeer enthousiast. Maar hoe denkt de directie van een hogeschool daar nu over? De directie is immers degene die de knoop door kan hakken om te investeren..
De Hogeschool Rotterdam is één van de koplopers die de BIM-implementatie serieus heeft aangepakt. Ook op directieniveau. Van den Brink, directeur voorzitter Instituut voor de Gebouwde Omgeving bij de Hogeschool Rotterdam geeft daarbij graag wat mee aan het bedrijfsleven: "Aan het bedrijfsleven wil ik graag meegeven dat ze bereid moeten zijn om onderzoeksresultaten vrij te geven en de ervaringen te delen om dit voor henzelf en het onderwijs goed te kunnen ontwikkelen. In deze fase naar een open content verhaal is een must", aldus Wijnand van den Brink.
Wijnand van den Brink,Directeur Instituut van de Gebouwde Omgeving, Hogeschool Rotterdam.
Sinds september 2011 ben ik werkzaam bij het instituut voor de Gebouwde Omgeving van de Hogeschool Rotterdam. Daarvoor ben ik 10 jaar directeur geweest van financiële/economische opleidingen.
Daarnaast ben ik privé altijd bezig geweest met bouwzaken en andere onderwerpen die met ruimtelijke ordening te maken hebben, dit vanuit gemeentelijke en provinciale politiek in Brabant.
Zo’n anderhalf jaar geleden kreeg ik signalen vanuit het docententeam en het werkveld dat we meer kunnen én moeten op het gebied van BIM. Het team gaf aan dat zij ontwikkelingen zagen in de bouwsector en het was dus hun wens om BIM meer in ons onderwijs te implementeren. Dat signaal kwam vrijwel gelijktijdig uit het overleg van Bouwend Rijnmond naar voren. Dan moet je samen met de onderwijsmanagers van de bouwopleidingen Civiele Techniek en Bouwkunde aan de slag om BIM op een goede manier in de opleidingen te gaan intensiveren. Verzorgen van de noodzakelijke faciliteiten en ontwikkeling van onderwijs zijn direct ingezet. De snelheid waarmee het is opgepakt is super. We hebben direct de faciliteiten laten aanpassen, een lector BIM aangesteld en in diverse teams wordt nu gewerkt aan onderwijsontwikkeling BIM. Een moeilijke keuze, eerst faciliteiten en dan onderwijs of andersom. Onze keuze was risicovol maar heeft de ontwikkeling wel in een stroomversnelling gebracht.
De kernwoorden die er mee te maken hebben zijn toch wel gerelateerd aan de crisis in de bouw. Als je praat over ketenintegratie moet er echt anders gewerkt gaan worden in de bouw. Ketenintegratie en samenwerking zijn daarin kernwoorden. Voor het onderwijs betekent dit dus ook multidisciplinair werken. Binnen IGO is het thema van de 4 Build Environment opleidingen en drie economische opleidingen centraal gesteld. Binnen de gebouwde omgeving moeten we multidisciplinair samen werken, BIM is daar een exponent (of goed voorbeeld )van.
Wat je wel moet doen is blijven lobbyen hierover, blijven duwen dat dit een belangrijk aspect is. Wat je niet moet doen is een te afwachtende houding aannemen. Mijn ervaring in het hbo-onderwijs is dat het vooral een succes is als je de verantwoordelijkheid op de juiste plaats neerlegt.
Delano:
Dat is ook een beetje waar we nu namens de Bouw Informatie Raad mee zitten.. In principe moet het initiatief nu vanuit het Hoger onderwijs komen. Maar dat blijft toch lastig. De BIR heeft nu een aanzet gedaan met het stimuleren, faciliteren, samenbrengen van de hogescholen met als resultaat bijvoorbeeld de intentieverklaring ondertekening door alle bouwgerelateerde hogescholen in Nederland om regio overstijgend met elkaar samen te werken. Aan de andere kant als je dit nu loslaat.. Nu is het nog ‘warm’ maar als het straks ‘kouder wordt’ en de intenties niet worden opgepakt.
Wijnand:
Ik denk dat de beslissing om niet het initiatief te nemen goed is, maar wel de vinger aan de pols te houden en de mensen in het hbo-onderwijs te blijven stimuleren om dit op te pakken. Je merkt dat er heel veel mensen in de waan van de dag denken: ja dat was ook een leuk onderwerp maar goh ik heb ook nog een heleboel andere dingen te regelen. Dan staat het niet bij iedereen meer boven aan de agenda. Ik denk dat jullie ervoor kunnen zorgen dat het wel boven aan de agenda blijft staan door op een zachte manier jullie lobby door te zetten.
Op verschillende manieren. In eerste instantie een inzet van docenten in het BBE BIM boekje. In tweede instantie heb ik als directeur met de betrokken BIM-docenten de zaak opgepakt. We hebben op zeer korte termijn een BIM-atelier gerealiseerd op RDM. Dat is een investering met verbouwing er bij, die toch wel richting de 30.000 euro gaat. We hebben vervolgens besloten een groot BIM-atelier te realiseren op de locatie Academieplein waar ongeveer 30 units staan. In dit BIM-lokaal kan voor de studenten uit studiejaar 1 en 2 BIM onderwijs gegeven worden.
De BIM lector is vervolgens langs alle opleidingen gegaan om het belang van BIM te benadrukken. Het is vervolgens aan de curriculumcommissies van de opleidingen zelf om een beslissing te nemen over implementatie. Als je dat in investeringsbedragen uitrekent dan loopt dat aardig op. Zowel in uren in-kind als financieel om zo’n extra lokaal in te richten.
De lector BIM is aangesteld samen met het kenniscentrum. Het is Christoph Marie Ravesloot en één van zijn taken is om BIM zowel naar buiten als naar binnen toe te positioneren.
Het grootse risico zit in de financiën. De extra computers zijn geen probleem, die kun je nog voor andere doeleinden inzetten, of in het leercentrum plaatsen. Mocht BIM nou toch nog geen succes worden dan staan er iets te zware units en heb je iets teveel uitgegeven, dat is nog te overzien. Maar als je een software pakket van jaarlijks 60.000 euro aan licenties aanschaft dan wordt het een ander verhaal.
Het enthousiasme wat ik van iedereen terugkrijg als ik over BIM praat. Ik ben ook lid van de bouw advies raad SBR CURNET en van de bouwcampus in Delft. Op het moment dat ik daar aansluit bij de ronde tafel gesprekken dan hoor ik BIM. Als ik aangeef dat we daar mee bezig zijn worden de meeste mensen enthousiast. Het onderwijs dat vooroploopt en direct aansluit op ontwikkelingen in de praktijk. Ik heb nog geen bedenkingen gehoord.
Dit studiejaar hebben we gebruikt om de ateliers vorm te geven en de lector aan te stellen. Als die randvoorwaarden geschapen zijn, is een volgende stap dat we in het onderwijs de BIM gedachte implementeren. Welke competentie bij welke functies horen. Wat gaan we er mee doen. Waar komt het terug, in welke projecten komt het terug. Dat wordt op een gegeven moment voorgesteld aan een curriculumcommissie en getoetst aan het werkveld. Daar gaat best wel een tijd overheen voordat je dat goed hebt neergezet. De insteek is om bij de volgende stap bij het volgende curriculum voorstel een hele duidelijke lijn in te hebben.
Ik ben blij dat in het hbo-wereldje het idee dat we concurrenten van elkaar zijn voorbij is. We zijn collega hogescholen. Ik heb helemaal geen last van Windesheim als die iets leuks doen met BIM. Het is juist in de samenwerking dat je meerwaarde creëert.
Door met elkaar te ontwikkelen. Gezamenlijke niveaubepaling, functies met competenties, enz. Als we daar gezamenlijk een overeenstemming over hebben met het beroepenveld, maar ook met de landelijke brancheverenigingen dan versterken de hogescholen elkaar door niet op elke plek zelf het wiel uit te vinden. Geef ontwikkelingen aan elkaar door, werk samen en dan gaat het sneller. Dat werkt goed, dat zie je in de Hoger onderwijs groep ook. Bij deze stichting zijn alle Build Environment opleidingen aangesloten. Voorbeelden zijn een landelijk competentieboekje vaststellen, gemeenschappelijke docenten dagen organiseren zijn enkele voorbeelden. Dat helpt want dan staan de neuzen dezelfde kant op.
Het zou mooi zijn als we met het bedrijfsleven afspraken kunnen maken over het vrij delen van informatie. Wat wij merken bij afstudeeropdrachten is dat de bedrijven de resultaten geheim willen houden. Dat is de grootste fout die ze kunnen maken in deze fase. Laten we voortbouwen op de aanwezige informatie. Dus aan het bedrijfsleven wil ik graag meegeven dat ze bereid moeten zijn om onderzoeksresultaten vrij te geven en de ervaringen moeten delen om dit voor henzelf en het onderwijs goed te kunnen ontwikkelen. In deze fase naar een open content verhaal is een must.
Door Delano Kenepa van BIMregister.